|
|
||||||||||||
Aanleg van een moerastuin voor vleesetende plantenVerschillende winterharde vleesetende planten kunnen buiten gekweekt worden, zelfs in Nederland! Je kunt ze alleen niet tussen je bloemen en groente in de grond zetten. Normale grond in Nederlandse tuinen bevat veel te veel voedingsstoffen (stikstof) en is te droog. Voor vleesetende planten zul je een minimoerasje moeten aanleggen. Het liefst in de volle zon, hoewel een beetje schaduw op de dag geen kwaad kan. Vleesetende planten groeien in veengebieden en moerassen met weinig schaduw van bomen. Ze houden dus van veel zon. De moerasbak of stukje tuin kan iedere grootte en maat hebben, maar een grotere houdt wel meer water, wat handig kan zijn in droge zomers! Wat kun je kweken in je moerastuin? Van de
trompetbekerplanten is Sarracenia purpurea ssp. purpurea een goede
keus. Deze soort komt voor in Canada. Darlingtonia, Venus
vliegenvallen, winterharde zonnedauwen en vetbladen die een rustperiode
hebben. Sarracenia groeit uit tot een grote wortelstok en zaait
zichzelf uit door middel van zelfbestuiving met hulp van
insekten. Drosera zaait zichzelf heel makkelijk uit zelfs in het eerste
jaar,
en planten zoals Drosera filiformis, D. binata en Venus
vliegenvallen groeien ook uit tot een grote groep planten. Het is het beste om de moerastuin niet te
situeren
bij of onder bomen die 's winters hun bladeren verliezen: de bladeren
gaan
rotten en vleesetende planten zijn erg gevoelig voor schimmels in de
winter.
De winterknoppen van Pinguicula and Drosera gaan dood onder een laag
rottende bladeren, en bovendien worden er door het rottingsproces
voedingsstoffen
toegevoegd aan de grond waar je vleesetende planten niet van houden. Een gieter met een fijne waterverstuivingskop is
handig voor droge periodes, om het mos en de kleinere planten wat
vochtig te houden. Wat ook helpt om uitdroging te voorkomen is om
moerasgrassen te planten
in je moerastuin, maar zet de hoge grassen achteraan anders verberg je
de
kleinere vleesetende planten. Er zal ook mos en heide gaan groeien uit
de
veenturf. Die moeten van tijd tot tijd weggehaald worden zodat ze de
tuin
niet gaan overwoekeren. Je kunt ook een houten rand maken rondom de moerastuin zodat de folie ongeveer 7 cm boven het niveau van de rest van de tuin uit steekt. Dit heeft 2 voordelen: Het eerste voordeel is dat er geen modderig regenwater van de rest van de tuin je minimoeras binnenstroomt, en het tweede voordeel is dat je dan gemakkelijk een laagje houtsnippers rondom je moeras kunt aanbrengen zodat de slakken niet meer zo gemakkelijk bij je vleesetende planten kunnen komen. Als je een plastic bak gebruikt kun je die ook op de grond zetten in plaats van ingraven en dat houdt de slakken ook tegen. Als je je gegraven gat afgedekt hebt met folie,
dan kun je het vullen met als eerste 15 cm perliet (te verkrijgen bij
leveranciers voor tuinderijen). De volgende laag bestaat uit 5 cm
sphagnum moss veenturf, dat dienst doet als spons om zo het water uit
het perliet naar boven te zuigen. De volgende laag is een mengsel van
sphagnum moss veenturf, perliet en schoon zilverzand (speelzand bv)-
een veelgebruikte mix is 3:1:1. Je kunt ook 1:1 veenturf en perliet, of
1:1 veenturf en zand gebruiken. Om de perliet niet in het zicht te
laten en om te voorkomen dat het wegspoelt, kun je als laatste laagje
een mengsel van veenturf en zand of sphagnum mos gebruiken. Maak kleine
heuveltjes en dalen, zodat er nattere en drogere gedeeltes ontstaan,
waar je de verschillende vleesetende planten in kunt zetten. Het is
belangrijk om een waterafvoerplek aan te brengen, zodat in de winter en
als het erg veel
regent de planten niet helemaal onder water komen staan. Als laatste
vul
je het minimoeras met regenwater, en plant de vleeseters en sphagnum
mos
(want dat helpt om het vocht vast te houden). Je hoeft geen grote tuin te hebben om een minimoeras aan
te leggen, het werkt ook heel goed in een grote pot. Alleen moet je wel
in de gaten houden dat de pot niet uitdroogt. Ook in een pot is het
belangrijk om een waterafvoer aan te brengen, bv door een gat in de
bovenrand van de pot te boren net onder het niveau van de turf. Zelfs
in natuurlijke veengebieden en moerassen bestaan wateruitloop gebieden,
zodat wilde vleesetende planten ook niet voor langere periodes onder
water staan. Kleinere potten zijn makkelijker te verplaatsen
en dat heeft als voordeel
dat je planten in je minimoeras kunt zetten die wat gevoeliger zijn
voor
kou: je zet dan de pot 's winters in een kas of een meer beschutte
plek. |
Wij verzamelen geen wilde planten. Alle vermeerdering wordt kunstmatig gedaan door middel van splitsen, of via zaad van gekweekte planten. |
Website gemaakt door Keith Wilson |